Hoofdstuk 4: spelling
Inleiding
Doel van de spellingbehandeling = kunnen spellen op een wijze dat de cliënt kan voldoen aan de
eisen die binnen de context van zijn dagelijks functioneren worden gesteld.
De accuratesse bij spellen doet beroep op:
Klankanalyse en omzetting van fonemen in grafemen (KTK)
Memoriseren van schrijfwijzen en het toepassen van regels.
De effectiviteit van de behandeling wordt bevorderd door:
Bij de KTK: aanpak waarin verschillende zintuigen tegelijk worden aangesproken
In (lees- en) spellingoefeningen: regelmatig gespelde woorden vooraf te laten gaan aan
de onregelmatig gespelde woorden
Hetgeen aan bod komt = aandachtspunten die leidraad vormen bij het geven van spellinghulp met de
methodiek “Geregeld” = principes die van invloed zijn bij het nemen van beslissingen.
Geven van spellinghulp met “Geregeld”:
Men moet de opbouw en inhoud van de methodiek eigen maken
Men moet keuzes maken vanuit bereidheid actief te blijven zoeken naar een antwoord op de
vraag hoe het leerproces op gang te brengen is.
Geregeld = methodiek waarbinnen verschillende routes te kiezen zijn.
Principes therapie spelling volgens Ruijssenaars et al.
Uitgangspunten logopedist
1. Spellingtherapie moet goed geregeld zijn
o Motto van geregeld: geregeld oefenen met geregelde woorden die geregeld
voorkomen.
2. Oefening baart kunst
o Spellingvaardigheid enkel te verwerven door gericht en veel te oefenen met de
spelling.
o Woorden geanalyseerd in opeenvolgende klanken – omgezet in reeksen lettertekens
o Belangrijk: spellingkennis goed opgeslagen in LTG & goed oproepbaar
o Opslag + vlot en automatisch beschikbaar hebben van kennis => vergt oefening!
o Leren van spelling = 2 kanten:
1. Gericht en geregeld oefenen (conditietraining)
2. Ondersteunende middelen toepassen (compenseren)
3. Richt je op wat het meest voorkomt
o Meest fouten in 3 hoofdcategorieën (meeste fouten einde lj6):
1. KTK = 25%
2. Verdubbeling MK en verenkeling lange klinker = 20%
3. -d/-t = 22%
4. Klankanalyse = 8% (woorden in klanken delen om tot schrijven te komen)
o Geregeld richt zich op het voorkomen van 75% van de fouten in woorddictees
o Daarmee niet alle problemen opgelost
o Toepassingsmogelijkheden van Geregeld beperken zich niet enkel tot het BO
4. Maak het niet moeilijker dan nodig
o Eenvoudige en eenduidige termen, begrippen, regels
o Beperkt de geheugenbelasting
o Pas wanneer een regel beheerst wordt en vlot beschikbaar is => bestand tegen
afwijkende situaties
5. Van (veel) fouten leer je niet(s) => je leert wel wanneer je iets met de fouten doet
o “Van fouten kun je leren” op verschillende manieren te interpreteren
1. Zelf maken van een fout maakt je alert & werkt de volgende keer preventief
2. Fouten van een ander zijn ook leerzaam & bieden hulp
o Voor degene die spellinghulp geeft: fout = teken dat er een te grote stap is gezet
6. Haastige spoed is zelden goed
o Degene die leert voelt zich competenter worden, degene die begeleidt ziet het
o Wanneer automatisering niet / onvoldoende tot stand komt => kleinere stappen
nodig
1. Gaan merkbaar vooruit, maar zonder risico
o Aangeduid met minimax-principe = kleine deeltjes samenvoegen (bespreken –
analyseren – oefenen)
7. Ga op pad met een routeplanner
o 1e stap = aangeven van einddoel
1. Einddoel blijft in beeld (ook bij omwegen en omleidingen)
o Planmatig en transparant werken
o Ook voor degene die hulp krijgt -> essentieel te weten waar de route naartoe gaat
o Tussendoelen markeren evaluatiemomenten waarop het leerproces controleerbaar
wordt + vormen baken om gemotiveerd op af te gaan
o Overleg over doel en inhoud van de stappen = vast onderdeel van elke sessie
o In behandelprotocollen => tussenstappen spelen een rol bij het verantwoorden van
de te nemen beslissingen
o Behandelbeslissingen gebaseerd op empirische evidentie / theoretische
uitgangspunten / verworven praktijkkennis
o Individueel afgestemd behandelplan nodig
8. Verbeter de wereld en begin bij jezelf
o Er zijn handvatten die het leerproces op gang brengen => je kan niet vragen aan
iemand die hulp zoekt voor hun leerprobleem het plots beter te doen
o Degene die hulp geeft = degene die de verbetering op gang zet
o We kunnen niemand opdragen gemotiveerd te zijn, we kunnen ze wel helpen
gemotiveerd te raken
9. Als… dan…!
o Hypothesetoetsend werken
o Geen regels, onthouden!
o Werken met voorspellingen en toetsing van juistheid ervan => dwingt tot reflectie
over kwaliteit van het resultaat
10. Van voor naar achter, van links naar rechts
o Bij aanleren juiste schrijfwijze & regels => keuzes in 2 richtingen
o Algemene regel: dat het geleerde in verschillende contexten kan worden toegepast
o Kennen van termen en begrippen = declaratieve kennis
o Door het frequent doorlopen van de procedure, ontstaat het besef dat de aanpak
zinvol is = metacognitieve kennis komt tot stand
o We hebben verschillende typen kennis die in stappen worden aangeleerd
afgebeeld in keuzematrix:
1. Verticale dimensie betrekking op opeenvolging in stappen
(instructieprincipes)
2. Horizontale dimensie betrekking op overgang tussen declaratieve,
procedurele en metacognitieve kennis
o Elk onderdeel in Geregeld te karakteriseren a.d.h.v. min. 1 cel in de matrix
o Keuzematrix = schematische weergave van een groot deel van de routeplanner.
11. Faalangst zit niet tussen de oren
o Geen persoonskenmerk, maar een kenmerk van een persoon in een situatie
o Rol van de omgeving in het oproepen, in stand houden of versterken van die conditie
12. Motiveren is te leren
o Motivatie is gekoppeld aan situaties (cf. faalangst)
o Omgeving kan motivatie uitlokken en opbouwen
o Op gang brengen van iemands motivatie = onderdeel van behandeling
o Prochaska & DiClemente ontwikkelden een cyclisch stadiamodel voor
verandering in behandelmotivatie
13. Doe niet alleen wat je niet alleen kunt
o Logopedist werkt in samenwerking met cliënt, ouders, leerkracht,…
o Samenwerken = overeenstemming zoeken over de aard en oorzaak van de
problematiek, goed op de hoogte zijn van afspraken, steunen bij genomen
beslissingen, bereidheid tot overleg, acceptatie van voorstellen en gezamenlijke
steun bieden.
Uitgangspunten omgeving:
Omgeving = logopedist, ouders, leerkracht, peergroep,…
1. Reacties omgeving zijn bepalend voor de mate waarin iemand zich voelt falen
o Doe gewoon
o Ga af op wat iemand schrijft en niet op hoe dat gebeurt
o Vraag of hulp op prijs gesteld wordt
2. Omgeving = belangrijk voor het geven van spellinghulp
Document Outline
Inleiding
Principes therapie spelling volgens Ruijssenaars et al.
Uitgangspunten logopedist
Uitgangspunten omgeving:
Kennistypen / kwaliteit van kennis
Instructieprincipes
Stimulus, respons, proces
Feedback
Samenvatting
Van diagnose naar behandeling
Handelingsplan lange en korte termijn
Selectiecriteria