Studiebot antwoord

Stel een vraag ›
 
Vraag gesteld door: Greet - 8 maanden geleden

Schrijf een samenvatting over het onderwerp: Programmas gebaseerd op informatieverschaffing richten zich op het vergroten van kennis
over middelen met als doel riskant verbruik te voorkomen of de sociale norm rond gebruik
te corrigeren. Deze preventieprogrammas hebben geen effect op het druggebruik van
jongeren, maar verhogen wel kennis over middelen en bijhorende risicos (Faggiano et al.,
2014).
Programmas die wel in RCTs zijn
onderzocht hebben in de regel slechts een minimaal effect, en iatrogene programmas blijven
decennia lang bestaan ondanks duidelijke contra-indicaties. Verder werken programmas amper met
digitale tools, terwijl dit net een effectieve manier is om adolescenten te bereiken en
programmatrouw te verhogen
Deze effecten blijken zelfs groter bij adolescenten in scholen met
een gemiddeld lage sociaal economische status, en zou dus kunnen bijdragen aan het verminderen
van ongelijkheid op gebied van gezondheid
lessen die door leerkrachten in de klas gegeven worden, gericht op onder
andere het trainen van sociale vaardigheden, het benvloeden van de sociale norm rond gebruik,
ontwikkelen van positieve attitudes en het verschaffen van correcte genuanceerde informatie over
middelen
Afschrikken als preventie
Het idee dat jongeren bang maken voor drug hen van het goedje zal afhouden, is zo oud als de straat.
aanwezigheid van agenten verhoogt het veiligheidsgevoel, en de symbolische waarde van de politie
als strijder tegen druggebruik in scholen blijkt aanzienlijk
We hebben altijd geleerd, bijvoorbeeld: als kind, ge moet niet aan het vuur komen, want het gaat
u verbranden. Dus we hebben geleerd om te waarschuwen, van jongs af aan. Dat zit in onze
eigenheid om mensen te waarschuwen voor gevaren.
De VAD biedt vrijblijvende vormingen aan specifiek voor leerkrachten, verder zijn er uitgewerkte
materialen vrij beschikbaar op hun website. In de praktijk zijn het de preventiewerkers die de
opdracht krijgen om leerkrachten op te leiden en te coachen. Die hebben echter onvoldoende tijd
om alle scholen en leerkrachten hierin te ondersteunen.
Twee verschillende groepen jongeren hebben
vragenlijsten ingevuld net na het volgen van MEGA. De ene groep volgde MEGA de eerste keer in het
5e leerjaar, de 2e groep volgde in het 5e leerjaar reeds MEGA en werd bevraagd na een tweede keer
MEGA in het 6e leerjaar. Los van het feit dat attitudeverandering niet duurzaam gemeten kan worden
door een bevraging na een vorming, is het vergelijken van beide groepen zonder te controleren op
populatiekenmerken weinig zeggend
De VAD voert onderzoek naar druggebruik bij leerlingen en studenten over gebruik bij Vlaamse
jongeren en gebruik in specifieke scholen. Onderzoek naar drugpreventieprogrammas blijft beperkt
tot de raadpleging van wetenschappelijke literatuur bij programmaontwikkeling en de pre- en post-
meting bij de eerste implementatiefase van een nieuw programma. Onderzoek naar implementatie
van methodieken is beperkt tot terugkoppeling van preventiewerkers en het monitoren van de
downloadcijfers van programmas.
Alle respondenten geven aan dat er in scholen te weinig ruimte is voor lesprogrammas voor
drugpreventie, zelfs al bestaan die slechts uit een beperkt aantal lessen.
Er is geen overzicht van gebruikte programmas en betrokken scholen, er is weinig tot geen opleiding
voor leerkrachten die programmas voor de klas brengen, en preventiewerkers zijn gewoonweg met
te weinig om leerkrachten structureel te coachen in de klas.

Alle respondenten geven aan dat er te weinig budget is voor drugpreventie, en de afgelopen
financile en andere crisissen indachtig maak ik mij ook niet de illusie dat het overheidsgeld als
manna uit de hemel zal vallen. Het is echter hemeltergend om te constateren dat net die schakels in
de drughulpverlening die een rechtstreekse impact kunnen hebben op de omvang van de
problematiek in Vlaanderen zo onderbedeeld zijn. Van de totale uitgaven gaat er slechts 0,49 % naar
preventie, 0,11 % naar harm reduction maatregelen, 0,08 % naar onderzoek en 0,18% naar
cordinatie. Alle zaken die op termijn een gigantische kost kunnen voorkomen zijn dus samen goed
voor slechts 0,86 % van de uitgaven, terwijl al de rest stroomt naar reactieve interventies in
hulpverlening en justitie.
Het thema cocane domineert steeds vaker het Belgisch drugbeleid. De Vlaamse media berichtten al maanden over het toenemend druggeweld, neus-, keel-, en oorartsen melden een toename aan neusklachten gerelateerd aan cocanegebruik, en de inbeslagnames van cocane breken jaar na jaar hun record.

De meest recente gezondheidsenqute van Sciensano (2018) toont bovendien aan dat 1,5% van de Belgen van 15-64 jaar in het afgelopen jaar cocane had gebruikt. In Vlaanderen lag dat aantal in 2018 op 1,7%, ofwel 111.400 Vlamingen. Recentere cijfers geven inzicht in het cocanegebruik van specifieke doelgroepen, zoals bijvoorbeeld mensen in de uitgaanssetting, studenten, werknemers of het gebruik tijdens corona. Hoewel die prevalentiecijfers vaak niet representatief zijn voor de hele bevolking, tekenen ze consistent een hoger cocanegebruik op. Verder tonen de analyses van rioolwater voor residu van cocanegebruik steeds hogere cijfers van cocanegebruik in specifieke gebieden. In Antwerpen-Zuid werd in 2021 1,5 gram cocane per 1.000 personen per dag gemeten in 2018 was dat nog 0,77 gram. In Brussel-Noord ging dat om 0,77 gram cocane per 1.000 personen per dag vergeleken met 0,43 gram in 2018. Ten slotte nemen ook het aantal hulpvragen voor cocaneverslaving over de jaren heen gestaag toe in Belgi en Vlaanderen. Alle cijfergegevens lijken een toegenomen gebruik van cocane te suggereren, in het bijzonder in specifieke settingen.

Nieuwe beleidsmaatregelen om die cocaneproblematiek aan te pakken, volgen elkaar in sneltempo op. Preventie van cocanegebruik wordt daarbij echter vaak over het hoofd gezien.

Noot: Preventiemethodieken hebben de volgende doelstellingen op het oog: het imago van cocane als succesdrug bijstellen en zo niet-gebruik aanmoedigen, experimenteergedrag uitstellen, problemen voor cocanegebruik uitstellen, problemen voor cocanegebruik bespreekbaar maken, doorverwijzing naar de hulpverlening bevorderen en hulpverleners deskundiger maken.





https://www.hln.be/dendermonde/mega-project-tegen-drugs-bestaat-twintig-jaar~a592d3fa/?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F

MEGA staat voor Mijn Eigen Goede Antwoord en moet jonge kinderen weerbaar maken om neen te zeggen tegen foute invloeden. Daarvoor volgen ze een reeks lessen in de klas, onder begeleiding van een agent.


"Schade die jongeren door drugs oplopen is heel erg. Als we ze van kleins af bewust kunnen maken van deze gevaren, dan is dat zeker toe te juichen.



Goede les voor kinderen -ervaren dat je helemaal geen drank of drugs nodig hebt om je te amuseren.



https://tkompas.be/lagere-school/m-e-g-a-preventieproject/
Reeds enkele schooljaren bestaat in het zesde leerjaar van alle Duffelse lagere scholen, en dus ook in onze eigen school, een preventieproject, genaamd M.E.G.A., wat staat voor Mijn Eigen Goede Antwoord. Dit project is een partnerschap tussen de lokale politie (Duffel), de Federale Politie (afdeling Putte), de scholen en leerkrachten, het gemeentebestuur, de CLBs en ook de ouders.

Het is een preventieproject dat de volgende doelstellingen beoogt:

grotere assertiviteit (= attitudevorming)
het leren omgaan met stress en agressie (racisme en pesterijen)
het leren omgaan met bepaalde vormen van druk (groepsdruk)
het leren inschatten van ruzies en woordenwisselingen
het nemen van risicos
Via deze doelstellingen willen de organisatoren de leerlingen leren neen zeggen tegen allerlei vormen van drugs (roken, alcohol, medicatie en illegale drugs).
Het preventiepakket omvat tien lessen, die deels gegeven worden door een politieagent, deels door de groepsleraar en eenmaal door een CLB-medewerker.





https://www.zorg-en-gezondheid.be/per-domein/preventie




Gebruik terugdringen betekent:
voorkomen dat jongeren en jongvolwassenen beginnen te roken, alcohol te gebruiken of illegale drugs te nemen;
de beginleeftijd uitstellen;
verantwoordelijk gedrag bevorderen;
vroegtijdige aanpak stimuleren (bv. stoppen met roken, vroegdetectie);
hulp aanbieden (vroeginterventie, behandeling, terugvalpreventie);
een gezonde leefomgeving waarborgen


. De tekst moet geschreven zijn op het niveau van de Hogeschool. De tekst moet geschreven zijn in de Nederlandse taal. De tekst moet in 1000 woorden geschreven zijn. De stijl van de tekst moet zijn: academisch.

Antwoord gegenereerd door AI Antwoord rapporteren

Stel een studievraag en wij proberen hem zo goed mogelijk te beantwoorden.

Stel een vraag
 
Inloggen via e-mail
Nieuw wachtwoord aanvragen
Registreren via e-mail
Winkelwagen
  • loader

Actie: ontvang 10% korting bij aankoop van 3 of meer items! Actie: ontvang 10% korting bij aankoop van 3 of meer items!

Actie: ontvang 10% korting bij aankoop van 3 of meer items!

loader

Ontvang gratis €2,50 bij je eerste upload

Help andere studenten door je eigen samenvattingen te uploaden op Knoowy. Upload ten minste één document en krijg gratis € 2,50 tegoed.

Upload je eerst document