Studiebot antwoord

Vraag gesteld door: Rosa Benya - 1 week geleden

Herschrijf de volgende tekst: Traagheid
R. is van vrouw 32 jaar oud en zij kampt al jaren met persoonlijkheid stoornis Borderline. Naast haar borderline heeft ze een depressieve klachten, wat zich uit in stemmingswisselingen. R. heeft vaak last van sterke stemmingswisseling, hierdoor loopt zij vaak vast in het dagelijks leven. zoals een dag invulling te geven, wat in houd dat zijn geen zin heeft in zijn hobbys uit te oefen. Daarnaast beschikt R. ook over te weinig sociale contacten. Ook het positieve gezondheidsmodel van Machteld Huber geeft weer dat R. laag scoort op het gebied van mentaal welbevinden, lichaamsfuncties en kwaliteit van het leven(Remmelink, 2021). Dat maakt dat zij zich verveeld wat zich uit in onrust. Echter name haar onrust extreem toe, waardoor de spanningen voortdurende opliepen. R kreeg een woedeaanval R. uitte dit door schreeuwen, en te slaan op de tafels. R was radeloos en zijn spanning en emoties schoten alle kant op. Ik besloot op dat moment om traagheid toe te passen door R rustig te benaderen, waarna ik haar langzamerhand naar haar kamer begeleidde (Vosselman & Van Hout, 2016). Dit deed ik bewust, omdat haar kamer een veilige, rustige prikkelarme omgeving was. Eenmaal in haar kamer aangekomen nam ik rustig plaats op een stoel, waarna ik het toepassen van traagheid voortzetten door haar te kalmeren. Naast het toepassen van traagheid maakte ik ook gebruik van de presentie theorie (Baart, 2000). Dit deed ik door er voor haar te zijn zonder te oordelen. Ik was namelijk van overtuigd dat het betekenisvol was voor R. als ik op een betrokkene manier nabij was op het moment van onrust. dit omdat er zichtbaar van een intense gevoelens aanwezig zijn probeerde ik het gesprek de juiste richting op te sturen. Door mijn empathische vermogen begrijp ik heel goed hoe R zich voelt. (Vosselman & van Hout, 2016), het toepassen van deze invoelend luisterhouding zorgde voor openheid en gelijkwaardigheid, waarin gevoelens zoals pijn, wanhoop en angst besproken werd. Hierbij kwamen ook zinvragen, zoals waarom ik? en Hoe kan ik verder leven? aanbod (Vosselman & van Hout, 2016). Op deze trage vragen kon ik geen direct antwoord geven. Echter waren zijn emoties en gevoelens wel een facet waar ik iets mee kon doen, waardoor ik besloot de vertraging voortzetten door het stellen van trage vragen, zoals wat vind jij belangrijk in het leven? en ;; Wat maakt jou gelukkig?. Net het stellen van deze vragen liet ik een lange stilte vallen, waardoor R de ruimte kreeg om na te denken (Geenen, 2019). Op dat moment werd het gesprek luchtiger en zag R in dat er wel degelijk mogelijkheden waren die haar onrust af konden laten namen. Enkele minutenlang hebben wij dit gesprek voorgezet, waarna ik verder ging met mijn overige werkzaamheden.

. De tekst moet geschreven zijn in de Nederlandse taal. De tekst moet in onbeperkt aantal woorden geschreven zijn.

Antwoord rapporteren