Studiebot antwoord

Stel een vraag ›
 
Vraag gesteld door: ArnoMAr - 3 maanden geleden

Maak een oefenexamen van de volgende tekst: De toekomst is geen wit blad, maar is pad afhankelijk moeten voort met wat we vandaag hebben.
Op dit moment hebben we weinig om trots op te zijn. Bosbranden, overstromingen.. zijn toe te wijden
aan menselijk gedrag. Menselijke impact: klimaatverandering & verlies aan biodiversiteit al jaren bezig
en neemt laatste 100 jaar steeds feller toe door ontbossing, co2 uitstoot van fabrieken Verlies aan
biodiversiteit voedt uitbraak van invasieve soorten. Geen toeval dat dat er vb. sprinkhaanplagen zijn
of dat coronavirus zich zo snel verspreid omdat we zo dicht op elkaar wonen.
The red queen strategy
The red queen strategy = an evolutionary hypothesis which proposes that organisms must constantly
adapt, evolve, and proliferate not merely to gain reproductive advantage, but also simply to survive
while pitted against ever-evolving
Benaming afkomstig van Alice in Wonderland
Voorbeeld: soorten evolueren: prooien ontwikkelen steeds nieuwe strategien om zich te
beschermen tegen roofdieren, waarop roofdieren weer nieuwe aanvalstechnieken verzinnen
Vooruitgang heeft een prijskaartje
Als kennis problemen kan veroorzaken is het niet door onwetendheid dat we ze oplossen.
- Isaac Asimov
De wetenschap doet sneller kennis op dan de maatschappij wijsheid opdoet
Red queen strategie toepassen: sneller verandering, voor een klimaatverandering,
ziektekiem ons teniet doet
Industrile revolutie zorgde voor veel vooruitgang, maar keert zich nu tegen ons
Pandemie veroorzaakt sociaal dilemma
Sociaal dilemma = dilemma tussen persoonlijk voordeel en collectief belang. Wanneer teveel
mensen uit eigenbelang handelen, verliest iedereen
Eigen voordeel en gemeenschappelijke welvaart kunnen nooit samen gerealiseerd worden
Voorbeeld: Carpooling, als iedereen zou carpoolen is het probleem van files en co2 uitstoot
opgelost, maar te veel mensen kiezen voor eigen belang, comfort om zich zelf te verplaatsen
Democratie = sociaal dilemma
Voorschriften en wetten komen tot stand via vertegenwoordiging van de maatschappij
Wanneer onvoldoende mensen deelnemen aan publiek debat (via stemrecht), riskeren de
voordelen van de democratie ondermijnd te worden door machtsmisbruik van enkelen
Democratische maatschappij kan niet bestaan zonder burgerzin
Deelnemen aan publiek debat vraagt fact checking (= nagaan of beweringen van bv.
politici waarheidsgetrouw zijn)
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
2
DEEL 1: INLEIDING TOT DE GEDRAGSWETENSCHAPPEN
H1. Homo sapiens: een veelzijdig studieonderwerp
1.1 Homo Sapiens: een bijzonder paradox
Enorme capaciteit om te kunnen samenwerken, we kiezen zelf met wie en voor hoelang
Hebben als geen ander de kracht om anderen zomaar uit te schakelen
Wereld aanpassen naar eigen zin, zo enorme ecologische voetafdruk achterlaten
Wie is de Homo Sapiens?
Paradoxaal (= schijnbaar tegenstrijdig)
Onevenaarbaar succes in biomassa, flexibiliteit, creativiteit, maar ook een neiging tot geweld,
destructie
Grote ecologische voetafdruk
Homo economicus = strategische, berekende mens bij wie eigenbelang primeert en die leeft volgens
rationele principes
Homo sociologicus/ homo universalis = mens met normbesef en sociale behoeften die samen de
basis vormende voor een maatschappijgerichte wereld
evenwicht vinden tussen onze rede (als in Homo economicus) en sociale ingesteldheid (als in
Homo sociologicus) is ongetwijfeld een noodzakelijk deel van wie we zijn
1.2 Het ontstaan van wetenschappelijke psychologie
Wie zijn we en waar komen we vandaan?
1.2.1 Het rationalisme en empirisme
Rationalisme = theorievorming
Kan ver van de waarheid liggen als ze niet onderbouwd is met empirische gegevens
Empirie = dataverzameling
Berg data is weinig waard zonder overkoepelende theorie
Data en theorie zijn beide nodig om tot een evenwichtige wetenschappelijke verklaring te komen
Renaissance filosofen bouwden een brug tussen rationalisme en empirie
Gedragswetenschappen = huwelijk tussen rationalisme en empirie, men gaat data gebruiken om een
theoretisch kader rond te bouwen
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
3
1.2.2 Het structuralisme van Wilhelm Wundt
Structuralisme <-> Functionalisme
Experimentele analyse van de onderdelen van het bewustzijn
Heel experimenteel gericht
Systematische, objectieve observaties van bewuste ervaringen
Hield zich vooral bezig met de studie van de waarneming (perceptie), de gewaarwording
(sensatie) en de zintuigen die de gewaarwording mogelijk maken
1.2.3 Het functionalisme van William James
Structuralisme <-> Functionalisme
Onderzoekt de functie van het bewustzijn in zijn geheel
The stream of consciousness = het bewustzijn vloeit
Niet de inhoud van bewustzijn bestuderen, maar wl de processen achterhalen die
bewustzijn mogelijk maken
Wat doet bewustzijn voor mensen en waarom doet het dat?
Functionalisme kent een invloed van Darwinisme
Darwin ontwikkelde de theorie dat natuurlijke selectie de bron van dier- of
plantsoortvorming is. Uitgangspunt: erfelijk bepaalde karakteristieken die
overlevingswaarde hebben, bieden meer kans om tot de volgende generatie
geselecteerd te worden
Het bewustzijn is daarom een karakteristiek met overlevingswaarde waardoor ze van
generatie op generatie blijft bestaan
1.2.4 Het behaviorisme van (John Watson) en Burrhus Skinner
Bestudeert enkel het observeerbare gedrag
Alles is aangeleerd, vrije wil is een illusie
Kunnen hoogstwaarschijnlijk over menselijk gedrag leren door dieren te bestuderen
Graad van bewustzijn van dieren is betwistbaar, maar hun observeerbare gedrag niet
Skinner: organisme zal bepaalde gedragstendens behouden en vermeerderen als het
positieve gevolgen heeft en verminderen als het negatieve gevolgen heeft
Gedrag is geen gevolg van bewuste keuzes die we maken, maar wordt bepaald door
responsen op prikkels in de buitenwereld
1.2.5 Sigmund Freud en de psychoanalyse
Bestudeert de onbewuste drijfveren van het gedrag
Onbewuste = gedachten, herinneringen, diepste verlangens die we niet bewust ervaren,
maar toch een grote invloed hebben op ons gedrag
Veel van zijn theorien houden vandaag geen stand omdat ze niet empirisch onderbouwd
zijn, je kan ze niet ontkennen en dat is niet hoe het in de wetenschap werkt
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
4
1.2.6. Het humanisme van Carl Rogers
Behavioristen vonden inspiratie bij dieren en hielden geen rekening met menselijke
kwaliteiten, humanisten wilden focus verleggen naar unieke menselijke trekken, persoonlijke
vrijheid en mogelijkheid tot talentenontwikkeling of persoonlijke groei
Mensen zijn veranderbaar
Focus op zelfrealisatie
Freud en Skinner zijn negatieve theorien: Je kan niets veranderen. Humanisme is wel positief:
Je hebt het zelf in handen.
1.3 Hedendaagse benaderingen van de psychologie en de opkomst van de neurowetenschappen
Biologische benadering = gedrag verklaren aan de hand van genetische, neurologische en
biochemische processen
Cognitieve benadering = hoe wordt informatie vergaard, opgeslagen en verwerkt
Hernieuwde kijk op bewustzijn, maar nu rekening houdend met de neurologische basis ervan
Evolutionaire benadering = evolutie door selectie, bestudeert universele tendensen, berust op
assumpties uit het verleden waardoor je de theorien niet meer kan testen
Socio-culturele benadering = gedrag is afhankelijk van de socio-culturele context
Legt de focus op niet-erfelijke elementen die het gedrag sturen
Invloed van cultuur en etniciteit bekijken
1.4 Waarom gedragswetenschappen voor economen?
Hoe beter we begrijpen hoe we in elkaar zitten hoe makkelijker we de toekomst tot een goed eind
zullen brengen
3 redenen waarom gedragswetenschappen relevant zijn voor economen:
1.4.1 Begrip voor economische anomalien
Klassieke economie is verouderd, zitten heel veel anomalien in
Beeld van de klassieke homo economicus die enkel zijn eigen belang nastreeft is oud en
kortzichtig
Klassieke homo economicus heeft enkel afkeer voor onrechtvaardigheid als het in zijn nadeel
is en niet als het in zijn voordeel is is niet meer waar: we voelen ons vaak ongemakkelijk
als we meer hebben dan een ander dus we hebben wl een afkeer voor onrechtvaardigheid,
ook als het in ons voordeel is
Klassieke homo economicus vertrouwt niet want als je iemand vertrouwt ga je er vanuit dat
je er iets voor terug krijgt, maar als je een homo economicus bent, ga je er vanuit dat de
andere personen ook allemaal homo economicussen zijn die nooit vertrouwen gaan
teruggeven, er zit niks in voor jou, je kan er je eigen belang niet mee optimaliseren is niet
meer waar: wij mensen vertrouwen wel
Klassieke homo economicus hecht geen belang aan normen is niet meer waar: we
hechten juist heel snel belang aan normen zoals vb. nieuwe kledingtrend
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
5
1.4.2 Gedrag en bedrijfskunde
Gedrag is een belangrijk aspect van de studie bedrijfskunde studie is ontstaan met idee
dat mensen belangrijkste kapitaal zijn van organisatie. Een organisatie kan enkel zo goed
zijn als de mensen die er werken, daarom moet je ze goed behandelen
Hawthorne studies = onderzoeken wat mensen nodig hebben om beter te presteren
Men ontdekte dat al die zaken (langere pauzes, meer loon etc.) weinig invloed
hadden op prestaties
Moet omgeving creren waarin mensen aangemoedigd worden en ze zich van hun
beste kant kunnen tonen, dan presteren ze beter Het waren de emotionele
belevenissen, de wens om gerespecteerd te worden en om samen een hechte groep
te vormen die gedrag hadden benvloed
1.4.3 Goede theorie is domein-overschrijdend en biedt toepassingsmogelijkheden in diverse
uiteenlopende gebieden
Voorbeeld: Belang van controlegevoel
Men wilde weten of ratten tumoren ontwikkelden bij stresssituaties door hen elektrische schokken
toe te dienen, er waren 3 groepen ratten
Groep 1: De eerste groep ratten werden elektrische schokken toegediend, maar ze beschikten over
een hendeltje dat als ze er op drukten, de schokken stopten.
Groep 2: De tweede groep ratten kregen dezelfde aantal schokken, maar hadden geen hendel om de
schokken te doen stoppen.
Groep 3: De derde groep is een controle groep, ze kregen implantaten in hun lichaam voor de
schokken, maar er werden geen schokken uitgedeeld.
Resultaten van onderzoek: Geen tumoren in 3de groep. Groep 1 had veel minder tumoren omdat ze
controle hadden over de elektrische schokken, groep 2 had veel meer tumoren omdat ze dus geen
controle hadden over de schokken
1.4.5 Niets is zo praktisch als een goede theorie
Niets is zo praktisch als een goede theorie. Kurt Lewin
Controleverlies draagt bij tot:
Medisch: Aangeleerde hulpeloosheid = vb. mensen die tijdens hun kinderjaren veel
ongecontroleerde stress hebben meegemaakt, worden heel passief en hulpeloos en moeten
opgenomen en geholpen worden
Maatschappelijk: vb. daklozen en gedetineerden hebben minder stress, minder passieve
houding als ze controle hebben, kunnen beslissen over wat ze bv. overdag gaan doen
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
6
Controlegevoel draagt bij tot:
Medisch: minder gezondheidsproblemen
Economisch: Succesvolle CEOs, productievere werknemers
Locus of control = in hoeverre een persoon meent dat wat hem overkomt, het gevolg
is van zelf controle uitgeoefend te hebben
Mensen met hoge locus of control kunnen beter omgaan met werkstress en hebben
hoger tevredenheid
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
7
H4. De biologische basis van het gedrag
Wij zijn ons brein. Dick Swaab
We hebben een flexibele informatieverwerking via ons zenuwstelsel, daardoor kunnen we:
Leren uit ervaringen en ons gedrag daaraan aanpassen
Reactie op een prikkel uitstellen
Ons aanpassen aan veranderende omgevingen
Mechanisch gezien hebben we dezelfde werking als dieren. Het zijn onze drijfveren die ons
onderscheiden van andere dieren.
Hersenen zijn geen computer, door hun evolutionaire geschiedenis genereren ze reacties met
overlevingswaarde hersenen willen zichzelf in leven houden, door het gedrag dat we uitvoeren.
Overleeft het dier, dan overleven de hersenen
De beslissing om links of rechts te gaan heeft een lange voorgeschiedenis
Als we willen overleven met corona etc. hebben we aanpassingskracht nodig
Onderzoek doen naar activiteit in ons brein om beter te kunnen reageren zodat we overleven
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
8
4.1 Werking van het zenuwstelsel
Zenuwstelsel = informatieverwerkingssysteem dat informatie ontvangt (input), verwerkt (troughput)
en doorstuurt (output)
Maakt aanpassingen in gedrag mogelijk doordat het prikkels uit buitenwereld cordineert
met de fysiologische toestand van je lichaam en vorm geeft aan de daaropvolgende reactie
Vb. Hoe je gezichtsspieren, hartslag, gevoelens aanpassen wanneer je een film kijkt
en het plots spannend wordt
Werking van het zenuwstelsel berust op anatomie (structurele elementen) en chemie
(communicatiemiddelen) zijn immers chemische reacties die ervoor zorgen dat gedrag
van moment tot moment kan veranderen
Structuur van zenuwstelsel
Neuron (cel)
Cellichaam (integratie van informatie)
Dendriet (input van signaal)
Axon (transmissie/ doorzenden van informatie)
Communicatiemiddelen
Neurotransmitters
4.1.1 Het neuron
Neuronen = functionele cellen in het zenuwstelsel die informatie ontvangen, evalueren en
doorsturen
Sensorische neutronen geleiden impulsen van de zintuigen naar de hersenen
Motor (of efferente) neutronen zorgen dat de instructies van de hersenen naar de spieren/
ander organen verzonden worden, die op hun beurt voor respons zorgen
Neuronen zijn zeer verscheiden in vorm

Prototypische neuron levensechte neuronen verschillen hier sterk van maar bevatten wel zelfde
basiscomponenten
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
9
Informatiestroom via neurale impulsen hebben een elektrisch en chemisch signaal
Cellichaam (Soma)
Bevat nucleus en is in die zin de drijfkracht van de cel
De informatiestroom door de cel is vervat in een neutrale impuls die zich
voortbeweegt langs de dendrieten, naar de soma en uit het neuron via het axon
Dendrieten
Ontvangen de neurale impuls van andere neuronen
Talrijke dendrieten in elk neuron
Hebben veel vertakkingen om contact te maken met duizenden andere neuronen
Axon
Lang (soms meer dan 1 meter) uitgroeisel van neuron dat de neutrale impuls
doorstuurt naar de eindknop van het neuron en vervolgens naar andere neuronen
Kan naar het einde toe ook wat vertakken en contact maken met andere neuronen
Myelineschede
Omhulsel dat rond axon gewikkeld is als isolatie, verhoogt geleidbaarheid van axon
Belangrijk in cellen waar informatie snel verzonden moete worden
Zorgt er voor dat elektrische lading niet verdwijnt via membraan van axon
Afbraak in de myeline kan ernstige ziekteverschijnselen tot gevolg hebben zoals MS
Eindknop (Terminale knop)
Verdikking aan het uiteinde van de axon waar neurontransmitters in blaasjes
opgeborgen zijn en vrijgelaten worden in de kloof tussen 2 neuronen
Die kloof noemt men synaps = spleet tussen uiteinde van axon van 1 neuron en de
dendriet van daaropvolgend neuron
4.1.2 De actiepotentiaal
Actiepotentiaal = elektrisch signaal
Tijdens rustfase kan neuron vergeleken worden met geladen batterij, potentile energiebron
Wanneer neuron geprikkeld wordt (door bv. verandering in buitenwereld) wordt membraan
tijdelijk meer doorlaatbaar voor positief geladen ionen (NA+ en K+) heeft als gevolg dat
potentiaalverschil tussen binnen- en buitenkant van de cel vermindert m.a.w. er treedt
depolarisatie op langsheen celmembraan indien prikkel sterk genoeg is, zodat binnenkant
van cel een positieve lading bereikt, treedt er actiepotentiaal op
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
10
Na het afvuren van een actiepotentiaal volgt er reflectaire periode, gedurende dewelke geen
nieuwe actiepotentiaal uitgelokt kan worden snelheid van neurale impuls is daardoor
gelimiteerd
De intensiteit van een prikkel wordt weergegeven door tempo van actiepotentialen die
elkaar opvolgen
4.1.3 De synaps
Neurotransmitters = chemisch signaal
Wanneer een actiepotentiaal de eindknop bereikt, stimuleert het de blaasjes met
neurotransmitters zodat die naar het celmembraan migreren, ermee samenvloeien en hun
inhoud in de synaptische spleet vrijlaten. Hier binden de neurotransmitters zich met de
specifieke receptoren in de postsynaptische cel = neurotranmissie
Het uiteindelijk resultaat van de binding van een neurotransmitter met zijn specifieke
receptor = postsynaptische potentiaal (PSP) effect ervan is na een seconde voorbij
PSPs variren in hun intensiteit, de binding met neurotransmitters kan een exciterend of
inhiberende PSP teweegbrengen
Exciterend PSP (EPSP) = veroorzaakt een depolarisatie van het celmembraan en
verhoogt de kans dat het neuron vervolgens actiepotentialen zal afvuren m.a.w.
versterkt neurale impulsen
Inhiberend PSP (IPSP) = veroorzaakt hyperpolarisatie van het celmembraan en
vermindert de kans dat de postsynaptische cel verdere actiepotentialen zal afvuren
m.a.w. dooft reactie uit
Elk cellichaam van neuron ontvangt EPSPS en IPSPS en moet de som maken van alle
prikkelende en tempererende informatie alvorens neutrale impuls door te geven aan
volgende cel
Hoe snel is een zenuwimpuls?
Snelheid van zenuwimpuls is zeer verschillend afhankelijk van type neuron en waar in het
lichaam, varieert tussen 0,5m / sec en 120 m/ sec
Leeftijd, geslacht en gezondheid kunnen impulssnelheid en overdracht benvloeden
Merkelijk sneller dan transport via bloedsomloop (maar traag in vergelijking met elektriciteit)
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
11
4.2 Neurotransmitters
Fundamentele grondleggers van het gedrag
Bepalen verloop van informatiestroom in hersenen door IPSP en EPSP te veroorzaken in
postsynaptische neuronen
Neuronen in de hersenen vormen neutrale netwerken
Verschillende soorten neurotransmitters, waaronder:
Dopamine
Vb. Parkingson, je hebt dan minder bewegingsvermogen omdat een deel van je
dopamine afsterft.
Vb. belangrijk bij emoties en motivatie (verliefdheid)
Vb. om feedback te kunnen verwerken, zonder dopamine zou je dit niet kunnen
verwerken.
Vb. ADHD of schizofrenie heeft ook met dopamine te maken
Vb. cocane werkt hier op in
Norepinephrine: eerder in waak toestand brengen, het reguleert stress en opgewondenheid
Serotonine
Vb. prozak
Heeft ook veel neveneffecten.
Endorphine: natuurlijke pijnstiller v ons lichaam, ook als je hard sport! Bv. runners high je
sport hard waardoor er veel endorphine vrijkomt en je je goed voelt
Oxytocine (= knuffelhormoon): bij vrouwen initieert het de bevalling, kan impact hebben bij
mannen en vrouwen om mensen dichter bij elkaar te brengen
Vb. komt vrij bij orgasme, borstvoeding waardoor personen meer binden met elkaar
Sommige onderzoeken tonen aan dat het empathie kan verhogen (vooral als je een
tekort hebt aan empathie)
Andere onderzoeken tonen aan dat het het vertrouwen kan vergroten vb.
vertrouwen na inademen via een neusspray verhoogt enkel wanneer men tekort had
aan vertrouwen & wanneer men in onveilige omgeving zat kan vertrouwen ook
tegenhouden en wantrouwen creren
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
12
4.2.1 Neurotransmitteractiviteit en verslaving
Tal van chemische stoffen (drugs, medicijnen) benvloeden neurotransmitteractiviteit en
hebben daardoor een invloed op onze gemoedstoestand, cognitie, gedrag hersenen
reageren op signaal van drug en niet op overeenstemmende werkelijkheid
Effect van deze stoffen is bijna altijd een verhoogde activiteit in mesolimbische
dopaminenetwerk (= beloningsnetwerk) versterkt/ stuurt het gedrag dat de
oorspronkelijke stimulatie ervan herhaalt, los van het gevoel dat er mee samen hangt
Voor de hersenen is willen graag hebben het aangename gevoel van het effect van de
drug is wat we graag hebben. Neurotransmitters zoals endorfines en oxytocine vertalen het
effect van de drug in een goed gevoel. Het gedrag dat het gevoel doet opwekken, is wat de
hersenen willen. Aan dat gedrag geraken we, via dopamine in het beloningssysteem van de
hersenen, verslaafd.
4.3 Organisatie van het zenuwstelsel
Perifeer zenuwstelsel = alle zenuwen die het brein met het lichaam verbinden
Somatische zenuwstelsel = staat onder bewuste controle en verzorgt vooral het bewegen van
skeletspieren waarvan we zelf beslissen of we ze bewegen of niet
Autonome zenuwstelsel = reguleert de inwendige functies in het lichaam, zoals de gladde spieren die
betrokken zijn bij spijsvertering, ademhaling de activiteiten gebeuren automatisch en staan veel
minder onder bewuste controle
Sympathische divisie geactiveerd wanneer lichaam uitzonderlijke actie moet uitvoeren
Parasympathische divisie modus operandus als sympathische systeem niet actief is
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
13
4.4 Anatomie van de hersenen en relatie tot gedrag
4.4.1 Het triune-hersenmodel
Het Triune-hersenmodel (drie-delige hersenen) Paul McClean
Hersenstam en cerebellum = verlengde van ruggenmerg dat zorgt voor alle basisfuncties die
we nodig hebben om te overleven (hartslag, ademhaling) volgens McClean stemt dit deel
van de hersenen overeen met het reptielenbrein
Limbische systeem = zorgt voor emoties, motivatie en geheugen stemt volgens McClean
overeen met zoogdierenbrein
Neocortex = staat in voor abstract denken en complex redeneren primatenbrein
Verdeling moet je met korrel zout nemen omdat ze ook verticaal zeer sterk verbonden zijn zijn
niet apart gevolueerd, maar samen. Cerebrum is snelst gegroeid tijdens evolutie van mens en het
limbische het snelst tijdens evolutie zoogdieren etc. lagen kunnen niet los van elkaar functioneren
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
14
4.4.2 De organisatie van de cortex
Hersenbalk (= corpus callosum) = verbindt 2 hersenhelften van buiten naar binnen
worden de hersenfuncties steeds primitiever
Limbische systeem
Thalamus: bijna alle prikkels komen eerst hier aan, sturen die door naar hersenen
Hypothalamus: staat in voor hormonen en hoe zij worden vrijgelaten
Amygdala: emoties
Hippocampus: geheugen en geheugen vorming
Cerebrum
Witte laag (= axonen)
Grijze laag (=cellichamen)
Neocortex kan ingedeeld worden in 4 lobben
Frontale lob = motoriek, besluitvorming, persoonlijkheid
Temporale lob = gehoor (auditieve cortex)
Partitale lob = gewaarwording (sensorische cortex)
Occipitale lob = gezichtsveld (visuele cortex)
Cortex heeft grote plasticiteit: hoe meer functie, hoe meer corticaal hersenvolume toegewijd
vb. Ratten die in cognitief stimulerende omgeving opgroeien hebben dikkere/ zwaardere cortex
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
15
Hersenplasticiteit
Hersenen kunnen zich herstructureren of herstellen door nieuwe synaptische verbindingen
te maken (neuroplasticiteit) of (in mindere mate) door nieuwe neuronen (neurogenese)
Tijdens ontwikkeling: hoge graad van neuroplasticiteit. Nieuwe synapsen gevormd en
overbodige verwijderd; Later worden bestaande synaptische verbinding (connectiviteit)
vooral versterkt door ervaring
Hoe connectiviteit tot stand komt verschilt van individu tot individu. Zowel leerprocessen als
genen spelen een rol
4.5 Neuro-economie: nieuwe visie op de studie van besluitvorming
Wat is het dat ons drijft en hoe verandert dat van moment- moment en van persoon-persoon?
2 parallelle onderzoekslijnen
Geneeskunde: Inzicht verwerven in anatomische regios van brein verantwoordelijk voor
psychopathologisch gedrag, zoektocht naar de bron van irrationeel gedrag
Economie: besluitvormingsproces vanuit een neurowetenschappelijke invalshoek bestuderen
4.5.1 Hersenonderzoek
Letsels en laesies
Letsels aanbrengen en zien welke functies er door de letsels verdwijnen
Wordt zelden nog gebruikt omdat men effectief beschadigingen moet aanbrengen
Elektrische & Magnetische stimulatie
In een cel wat elektrische stroom toevoegen en kijken wat er gebeurt
Om te kijken welke delen van de hersenen verbonden zijn met welke delen van het lichaam
Wordt zelden nog gebruikt
Elektro-encefalografie (EEG)
Globale elektrische activiteit in hersenen meten d.m.v. aanbrengen elektroden op hoofdhuid
Nagaan of bijvoorbeeld linker of rechterhelft van hersenen meer actief is bij bepaalde taak
Te onnauwkeurig om aan te duiden welk deeltje van hersenen precies actief is
Beeld studies
Magnetic resonance imaging (= functionele MRI)
Gebieden met hoog zuurstofverbruik/ veel zuurstofarm bloed te identificeren, wat
wijst op een verhoogde activiteit zoals vb. in hersenen
Door naar de bloedsomloop in de hersenen te kijken terwijl mensen in de scanner
een taak uitvoeren of beslissing nemen, zien waar er in hersenen precies activiteit is
Niet-invasieve methode waardoor het vaak wordt gebruikt
Positron emission tomography (= PET)
Radio actieve vloeistof toedienen die je kan traceren, om te zien waar deze in
hersenen terecht komt om hoeveelheid activiteit te meten
Is vrij invasief waardoor het vrij weinig wordt gebruikt
Optogenetica
Techniek om intacte neuronen te bestuderen, enkel gebruikt bij dieren
Terwijl muis actie uitvoert geven neuronen licht op plaatsen waar activiteit is in brein
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
16
4.5.2 Agendapunten van de neuro-economie
Doel: black box van besluitvorming openen
Animal spirits zichtbaar maken: waarom doen we wat we doen
Drijfveren en voorkeuren blootleggen: er hoeft geen 1 op 1 relatie te zijn tussen
brein en gedrag
Samenwerking van economen, psychologen en neurowetenschappers
Economen: (spel)theoretische voorspellingen over rationeel gedrag
Psychologen: gedrag is gevolg van verscheidenen motivaties
Neuropsychologen: medische beeldvorming en inzicht in breinfuncties
Agenda van de neuro-economie: hoe nemen mensen beslissingen wanneer uitkomsten verschillende
waarden kunnen genereren?
Kiezen tussen verschillende producten (A aan 10 of B aan 12)
Sociale uitwisselingen: hoe 10 verdelen?
Tijd verdisconteren (10 nu of 12 morgen?)
4.5.2.1 Kiezen tussen verschillende producten: bevindingen neuromarketing & neuro-economie
Keuzegedrag wordt gestuurd door beloningssysteem van hersenen
Beloningssysteem = circuit met dopamineneuronen, dat een deel in het limbische gedeelte
verbindt met een deel van de cortex en dat actiepotentaal afvuurt wanneer we een beloning
krijgen/ verwachten
Voorbeeld: rangschik autos in termen van welke auto je het liefst zou hebben grootste
voorkeur gaat uit naar sportwagens, in scanner is dan ook het meeste activiteit te zien
wanneer proefpersoon een sportwagen te zien krijgt

Beloningsysteem wordt benvloed door externe factoren die onze verwachtingen bepalen
Context zorgt ervoor at beloningssysteem niet altijd rationeel gebeurt
Voorbeeld: hoge prijs geeft ons het gevoel dat iets zeker goed gaat zijn: dure wijn wordt
lekkerder geacht, enkel als de prijs gekend is
Beloningssysteem maakt geen onderscheid tussen materiele en sociale beloningen
Het goede gevoel van iets te kunnen doen voor iemand anders activeert zelfde deel in
hersenen als bij krijgen van een beloning
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
17
4.5.2.2 Sociale uitwisselingen
2 studies testen welke hersendelen actief zijn bij het vaststellen en herstellen van
onrechtvaardigheid
Afkeer voor onrechtvaardigheid (Ultimatum spel)
Je krijgt 10, hoeveel ervan geef je aan iemand anders? we geven vaak nog een
vrij groot aandeel weg (5, 4) omdat we niet tegen onrechtvaardigheid kunnen
Scanner: 2 hersendelen die altijd betrokken zijn bij het ervaren van een
onrechtvaardig bod. R; anterior insula is bekend voor ervaren van negatieve emoties,
walging. R; DPFC is bekend voor het calculatieve gedeelte, hoeveel krijg ik en hoeveel
geef ik op. Mensen aanvaarden het bod als het calculatieve gedeelte meer aanwezig
is als het gedeelte van walging.

Onrechtvaardigheid straffen (vertrouwensspel)
Spel met de bonnetjes van uit de les: persoon 1 investeert bonnetjes in bank, bank
verkrijgt door die investering van persoon 1 het 3dubbele aan bonnetjes. Hoeveel
geeft de bank aan bonnetjes terug aan persoon 1.
PET SCAN: van personen die bedrogen werden en straffen: effectieve straffen die
verantwoord zijn activeren het beloningssysteem stel je hebt de optie om geld te
betalen om de andere persoon, die jou te weinig geld gaf, te straffen, wordt het
beloningssysteem geactiveerd. Rechtvaardigheidsgevoel is zo groot dat we zelfs geld
willen uitgeven om een ander te straffen voor onrechtvaardig gedrag

Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie
Fleur Van Nueten Gedrag en Maatschappij UA: MOM
18
4.5.2.3 Tijd verdisconteren
Voorbeeld: liever nu 50 euro of binnen 3 maanden 51 euro?
We kiezen voor meestal voor nu. In de natuur is het vaak onzeker of we in de
toekomst nog wel gaan leven
Voorbeeld: liever binnen 3 maanden 50 euro of binnen 9 maanden 100 euro
Als we moeten kiezen tussen 2 beloningen in die beide in de toekomst liggen,
hebben we het makkelijker en kiezen we voor het grootste bedrag
Heeft te maken met het feit dat tijd verdisconteren een hyperbolische functie is
Beloningssysteem is geactiveerd wanneer men onmiddellijke beloningen verwacht, niet
wanneer het over beloningen in de toekomst gaat beloningssysteem actief? Zet mensen
aan om nu voor de beloning te kiezen
4.5.3 Kritiek op neuro-economie
fMRI studieresultaten lijken meer op astrologie dan wetenschappen uitspraak was reactie op
een studie die claimde de voorverkiezingsuitslag te voorspellen door bestuderen van hersenactiviteit
(klopte niets van)
Problemen
Te grofkorrelig
Reverse inferencing = brein is heel beperkt in aantal regios die men kan onderscheiden en er
zijn heel veel functies
Vb. bij zien van Hillary Clinton was de amygdala actief, waardoor men concludeerde
dat proefpersonen angst hadden van haar, maar dit deel in de hersenen staat ook
voor o.a. geluk.. er zijn dus meerder verklaringen voor activiteit van dit deel
Oplossingen
Deductief onderzoek = hypothesen stellen
Vb. als we weten dat amygdala actief is bij zien van spin, ruiken van iets vies
kunnen we hypothese stellen dat amygdala actief gaat zijn bij het zien van Hillary
Clinton.. dan kunnen we op zen minst de hypothese matchen en niet gewoon vissen
naar een verband dat we willen zien
Maak gebruik van verschillende methodes en invalshoeken
Vb. als je met meerder methoden uitkomt dat Hillary Clinton angst uitlokt, dan heb je
al een sterkere theorie gegenereerd
Gedownload van Knoowy - Alle hulp voor je studie. De oefenexamen moet geschreven zijn in de Nederlandse taal. Onderin staan de antwoorden. Het aantal vragen dat het oefenexamen moet bevatten is onbeperkt.

Antwoord gegenereerd door AI Antwoord rapporteren

Stel een studievraag en wij proberen hem zo goed mogelijk te beantwoorden.

Stel een vraag
 
Inloggen via e-mail
Nieuw wachtwoord aanvragen
Registreren via e-mail
Winkelwagen
  • loader

Actie: ontvang 10% korting bij aankoop van 3 of meer items! Actie: ontvang 10% korting bij aankoop van 3 of meer items!

Actie: ontvang 10% korting bij aankoop van 3 of meer items!

loader

Ontvang gratis €2,50 bij je eerste upload

Help andere studenten door je eigen samenvattingen te uploaden op Knoowy. Upload ten minste één document en krijg gratis € 2,50 tegoed.

Upload je eerst document