KREDIETBEMIDDELING
Module 3: Hypothecaire kredieten
DE ZEKERHEDEN
1.1
BELANG EN FUNCTIE VAN DE ZEKERHEDEN
Voor de kredietgever heeft een 'zekerheid' als functie dat ze de financiële gevolgen van het
insolvabiliteitsrisico van een schuldenaar beperkt. Het begrip 'zekerheid' kan dus ook
begrepen worden in de zin van bijkomende ‘waarborg' voor de kredietgever 1.2
VORMVEREISTEN EN OPENBAARMAKING
Voor de meeste zekerheden gelden er wettelijke vormvereisten en maatregelen op het
gebied van de openbaarmaking.
De 'openbaarmaking' is de formaliteit die derden op de hoogte brengt van de samenstelling
of van het bestaan van een zekerheid. Met de openbaarmaking (publiciteit) wordt de
zekerheid 'tegenstelbaar' gesteld aan derden. Bij het bestaan van verscheidene zekerheden
van dezelfde aard, zal de openbaarmaking de volgorde bepalen van de zekerheden 1.3
SOORTEN ZEKERHEDEN
- De zakelijke zekerheden hebben betrekking op een of meer welbepaalde goederen
(roerend of onroerend). Het ‘pand’ voor de roerende goederen en de hypotheek
voor de onroerende goederen.
- De persoonlijke zekerheden houden een verbintenis in vanwege een derde, een
ander persoon die dienstdoet als zekerheid. De belangrijkste is de borgstelling.
1.3.1
DE OVERDRACHT VAN SCHULDVORDERING
1.3.1.1
BEGRIP
Overdracht van schuldvordering = Een contract waarbij een schuldeiser, de overdrager,
aan een andere persoon, de overnemer, een
schuldvordering, dus het recht om van een ander een
prestatie te eisen, bv. betaling), afstaat die hij bezit
ten opzichte van een schuldenaar, de gecedeerde
schuldenaar.
De schuldvordering die het vaakst wordt overgedragen als zekerheid is het loon. De kredietbemiddelaar dient de consument te waarschuwen betreffende de gevolgen van
wanbetaling van een krediet, met inbegrip van de eventuele overdracht van het
overdraagbare deel van het loon ten voordele van de kredietgever-schuldeiser. Hij moet dit
doen te gelegener tijd, voordat de consument door een kredietovereenkomst of een
kredietaanbod wordt gebonden,
Voor de loonoverdracht gelden er bijzondere wettelijke beperkingen. Zo kan het loon onder
bepaalde drempels maar beperkt of niet worden overgedragen en nooit volledig worden
overgedragen, voor de totaliteit van het loon. 1.3.1.2
KENMERKEN EN VORMVEREISTEN
Voor de overdracht van hypothecair gewaarborgde schuldvorderingen is een authentieke
akte vereist, via een notaris. Bijvoorbeeld voor de vordering van de kredietgever op de
kredietnemer die gewaarborgd wordt door een hypotheek.
Voor de overdracht van het loon is een onderhandse akte vereist. Die moet voldoen aan de
volgende vormvereisten;
- De akte moet onderscheiden zijn van de akte die de hoofdverbintenis bevat waarvan
de overdracht van het loon de uitvoering waarborgt.
- De akte moet worden opgemaakt in zoveel exemplaren als er partijen zijn.
1.3.2
DE BORGSTELLING
1.3.2.1
BEGRIP
Borgstellen = Zich verbinden om te betalen in zijn plaats indien deze persoon, de
schuldenaar, nalaat om zijn schuld zelf te betalen.
De borg is een natuurlijke persoon of een rechtspersoon, zoals een financiële instelling, die
zich tegenover de schuldeiser verbindt om de schuld van de schuldenaar te betalen indien
de schuldenaar zijn verplichting niet vervult op de vervaldag. Iedereen mag zich borg stellen indien hij/zij de juridische bekwaamheid daarvoor heeft. Eén
echtgenoot kan zich borg stellen, maar de toestemming van beide echtgenoten zal meestal
worden gevraagd. De borg moet beseffen dat zijn eigen vermogen kan worden
aangesproken om de schuld van een derde (de schuldenaar) terug te betalen, indien die
derde zijn verplichting niet nakomt 1.3.2.2
DE SOORTEN BORGSTELLINGEN
1. De gewone borgstelling
2. De solidaire (hoofdelijke) borgstelling
De solidaire borgstelling veronderstelt dat de borg afstand doet van het voorrecht van
uitwinning en van het voorrecht van schuldsplitsing. Dit heeft als gevolg dat de schuldeiser
de keuze heeft tussen de vervolging van de hoofdschuldenaar en/of de borg en alle solidaire
borgen, hetzij één of meer borgen voor het geheel van de schuld. Iedere borg kan dus
verplicht worden tot de betaling van de volledige schuld. 1.3.2.3
BORGSTELLING BIJ HYPOTHECAIR KREDIET
1. Onderzoeksplicht van de kredietgever en van de kredietbemiddelaar
De kredietgever en kredietbemiddelaar zijn verplicht om aan de borg (= de steller van een
persoonlijke zekerheid) de juiste en volledige informatie te vragen, die ze noodzakelijk
achten om zijn financiële toestand en terugbetalingsmogelijkheden te beoordelen. Deze
informatie moet worden opgevraagd aan de hand van een informatieaanvraagformulier
onder de vorm van een vragenlijst. De vragenlijst moet minstens betrekking hebben op het
doel van het krediet, het inkomen, de personen ten laste en de lopende financiële
verbintenissen waaronder het openstaand bedrag en het aantal kredieten in omloop.
De kredietgever zorgt ervoor dat passende procedures en informatie waarop de
kredietwaardigheidsbeoordeling is gebaseerd, worden vastgelegd, gedocumenteerd en
bijgehouden, legt daartoe een kredietdossier aan in hoofde van de borg en raadpleegt ook
de CKP met het oog op het verkrijgen van informatie over de financiële toestand en
solvabiliteit van de borg
2. Informatieplicht tegenover de borg