T1 Hfdst. 1 – reuzen onder de moleculen
1 Hoe kunnen we kunststoffen identificeren?
1.1 Hoe herken je kunststoffen?
Kunststof wordt aangeduid met een afkorting + cijfertje in driehoekje (recycleren)
PE
Polyetheen
Plastic folie
LDPE
Low-density polyetheen
Schroefdoppen frisdrank, hoge
ritsel plastic zakjes
HDPE
High density polyethyleen
Falcons shampoo
PP
Polypropeen
Emmers, rietjes, tupperware
PS
polystyreen
Wegwerpbestek, isomo
PVC
Polyvinylchloride
Afvoerleiding, omlijsting ramen
PET
Polyethyleentereftalaat
Fleece, frisdrankflessen
2 Wat zijn kunststoffen?
kunststof =
koolstofverbindingen (organisch)
bestaan uit grote moleculen, daarom worden deze stoffen macromoleculen genoemd =
polymeer (omdat ze gevormd worden door monomeren)
MAAR NIET ALLE MACROMOLECULEN ZIJN KUNSTSTOFFEN! bv: DNA, zetmeel, eiwitten
door de mens gemaakt
Traditionele grondstoffen werden vervangen door kunststoffen omdat ze goedkoper,
duurzamer en lichter zijn.
3 soorten macromoleculen/polymeren:
natuurlijke macromoleculen = biopolymeren
bv: zetmeel, DNA, eiwitten
halfsynthetische kunststoffen/halfsynthetische polymeren
bv: pingpong bal, dweildoek, rubber
synthetische kunststoffen/synthetische polymeren
bv: PET, fleece, Tupperware
2 Bereiding van kunststoffen
3.1 grondstoffen voor kunststoffen
kunststoffen worden uit aardolie gewonnen (gescheiden door gefractioneerde destilatie)
3.2 bouwstenen voor kunststoffen
veel monomeren zijn alkenen dubbele koolstof-koolstof binding (C=C)
Polymeren zijn lange ketens die gevormd worden door vele moleculen van één of
meerdere soorten (monomeren) aan elkaar te hangen.
Monomeren zijn de bouwstenen van polymeren. Het zijn stoffen met eenvoudige structuur
en een hoog reactievermogen.
monomeer polymeer
3.3 synthese van kunststoffen
Wanneer monomeren aan elkaar worden gehangen krijgen we polymeren. Dit kan via verschillende
soorten chemische reacties:
additiepolymerisatie: polymeer waarbij geen kleine moleculen worden afgesplitst
polycondensatie: polymeer waarbij wel kleine moleculen zoals H2O en CH3OH worden
afgesplitst
3.3.2 Polycondensatie
polymeer wordt gevormd + kleine moleculen worden afgesplitst (=condensatie)
1. polyamide (PA)
monomeren zijn kleine moleculen met dubbele koolstof-koolstof binding, bij reactie wordt
dubbele binding verbroken en rijgen de monomeren zich aan elkaar
bv: nylon zie blz. 15
2. Polyethyleentereftalaat (PET)
grijpt plaat tussen verschillende monomeren die elk minstens twee reactieve groepen
bezitten. Bij reactie worden kleine moleculen afgesplitst (H2O of CH3OH) en binden de
resterende stukken van de monomeren zich aan elkaar bv: PET
4eigenschappen van polymeren
thermoplast: week, vervormbaar bij verwarmen
thermoharder: houdt zijn vorm bij verwarmen
elastomeer: kan uitgerokken worden en neemt na het wegvallen v.d. kracht terug zijn
oorspronkelijke vorm aan.
4.1 thermoplasten
glas(transitie)temperatuur Tg: temperatuur waarboven een kunststof vervormbaar wordt,
onder deze temperatuur is de kunststof harder en niet vervormbaar
smelttemperatuur Tm: temperatuur waarbij een kunststof smelt, boven deze temperatuur is
de kunststof vloeibaar, onder deze temperatuur is de kunststof vast
thermoplast wordt eerst week en daarna gaat hij pas smelten (Tm is altijd hoger dan Tg)