Geestelijke gezondheidszorg
1. Een algemene introductie
Geestelijke gezondheidszorg omvat de georganiseerde dienstverlening die de
maximale bevordering van de psychische gezondheid beoogt. Deze dienstverlening
heeft als belangrijkste taak voorkomen en behandelen van psychische problemen.
Geestelijke gezondheidszorg kan plaatsvinden op verschillende niveaus:
0de lijn: zorg verleent door een persoon uit directe omgeving (bv. mantelzorg)
1ste lijn: rechtstreeks toegankelijke hulpverleningsdienst (bv. de huisarts)
2de lijn: zorg- en hulpverleners beschikbaar na een doorverwijzing (bv. CGG)
3de lijn: gespecialiseerde en intramurale zorg (bv. psychiatrisch ziekenhuis)
Geestelijke gezondheidszorg kan op verschillende manieren plaatsvinden:
Ambulante zorg: zorg waarin de cliënt zich voor behandeling verplaatst naar de
zorgverstrekker (bv. CGG, CAW) zonder opname met overnachting, of waarin
de zorgverstrekker de cliënt bezoekt in diens eigen omgeving (thuisinterventie).
Residentiële zorg: zorg die verleend wordt aan bewoners van speciaal ingerichte
woonvoorzieningen (bv. OPZ: openbaar psychiatrisch zorg- en kenniscentrum).
Maar door de recente beleidsevolutie, met name de vermaatschappelijking van
de zorg en zorgnetwerken wil men de verschillende instituties afbouwen en de
patiënt opvolgen en behandelen via mobilisatie van middelen in eigen omgeving.
Gerechtelijke geestelijke gezondheidszorg
Geestelijke Gezondheidszorg
Recht
Doelstelling: verbetering van gezondheid Doelstelling: voorschrijven, handhaven
en beperking van lijden; de gezondheid van rechtsverhoudingen en rechtsregels
van individuen en gemeenschap primeert
ter bevordering van maatschappelijke orde
en
veiligheid.
Individuele
vrijheid,
zelfbeschikkingsrecht, bescherming van
de openbare orde primeert
Samenwerkingsmodel: hulpverlener en Conflictmodel: partij A voert een debat
cliënt sluiten een therapeutische alliantie: met partij B, waarna een onafhankelijke
onderlinge overeenstemming wat betreft rechter instaat voor de eindbeslissing.
behandeldoelen, interventie etc.
Gerechtelijke geestelijke gezondheidszorg: Gedragsdeskundigenonderzoek op
vraag van een gerechtelijke instanties, andere vormen van diagnose en
adviesverlening in de opeenvolgende fasen van de strafrechtsbedeling en in
verschillende juridische kaders (bv. internering) behandeling en hulpverlening
aan daders/slachtoffers in juridische kaders en tot slot preventie/ netwerking.
2. Psychiatrische diagnostiek
Dubbele stigmatisering leidt tot behandelingskloof
De geestelijke gezondheidszorg kampt met het probleem van dubbele stigmatisering.
Ten eerste is er in de huidige maatschappij sprake van een verminderde tolerantie voor
afwijkend gedrag. Meer bepaald worden patiënten met een psychische stoornis vaak
bestempeld als gevaarlijk, gewelddadig, onvoorspelbaar etc. Ten twee wordt ook de
psychiater zelf gestigmatiseerd. Hij/zij wordt namelijk geacht in de ziel te kunnen kijken
van patiënten waardoor irreële verwachtingen ontstaan i.v.m. behandeling, genezing etc.
Hierdoor ontstaat een behandelingskloof (bv. de gepaste zorg wordt te laat toegediend).
Verschillende stappen bij de psychiatrische diagnostiek
Stap één: bij anamnese worden gerichte vragen gesteld aan de patiënt om een inschatting
te maken van diens psychische functies zoals denkinhoud, bewustzijn.. Dit wordt vaak
aangevuld door een aantal psychodiagnostische testen om de hypothese te bevestigen.
Stap twee: lichamelijk onderzoek omdat bepaalde lichamelijke letsels psychische
disfuncties kunnen veroorzaken. Voorbeelden zijn een hersentumor, drugsgebruik etc.
Stap drie: neurologische onderzoeken (zie samenvatting i.v.m. hoorcollege neurologie)
Stap vier: raadplegen van de DSM (Diagnostic and Statistical Manuel of Mental
Disorders/ Handboek voor de classificatie van psychische stoornissen). De DSM is een
classificatie van verschillende psychische stoornissen en hun bijhorende criteria,
bedoeld om deze stoornissen op een betrouwbaardere wijze te kunnen diagnosticeren.
Kritiek op psychiatrische diagnostiek
Het stellen van een psychiatrische diagnose is geen eenvoudige opname. Ook deze soort
meting is immers onderhevig aan verschillende vormen van ruis (bv. de patiënt is moe,
is kleurenblind, heeft pijn etc.), waardoor de diagnostisering niet 100 % betrouwbaar is.
Ruis kan worden opgespoord door het uitvoeren van een symptom validity tests. Dit is
de generieke naam voor alle testen die de onderprestering/overrapportering opsporen.
Er zijn verschillende soorten motieven waarom patiënten tijdens diagnose misleiden bv.
Somatoforme stoornis (extern): psychische stoornis waarbij psychische klachten
worden omgezet in lichamelijke klachten.. Wanneer artsen vervolgens op zoek
gaan naar de fysiologische oorzaak van de lichamelijke klacht, kunnen zij geen
oorzaak terugvinden (bv. de hypochondrie: overtuigd zijn van ernstige ziekte).
Malingering (extern): psychiater bewust op het verkeerde been zetten door
symptomen te verzinnen met als doel strafvermindering, medicatie verkrijgen…
Nagebootste stoornis (intern): psychische aandoening waarbij de patiënt zichzelf
of anderen bewust letsel toebrengt of ziektebeelden fingeert voor de aandacht.
3. Introductie in de persoonlijkheidsstoornissen
Algemene inleiding in de term persoonlijkheid
Een persoonlijkheid omvat het geheel van gedachten, gevoelens en gedragswijzen
Een persoonlijkheid bestaat uit een complexe organisatie van stabiele structuren
(herinneringen en zelfbeelden) en coördinerende functies (bestaande uit onbewuste
mechanismen zoals emoties en driften en bewuste cognitieve processen zoals het
denkvermogen en intelligentie). Vanuit dit systeem ervaren we levensgebeurtenissen.
Interactie tussen cognitieve processen/emoties en de levensgebeurtenissen worden
bewaakt door defensiemechanismen. Deze defensiemechanismen beschermen een
individu tegen een te grote impact van complexe, aanwezige stimuli die eigen zijn
aan een levensgebeurtenis. Elk defensiemechanisme kan ontwikkelen van primitief
naar zeer ontwikkeld en zijn bijgevolg bij een persoon minder of meer werkzaam.
Er zijn vier soorten defensiemechanismen:
Psychotische defensie: de realiteit ontkennen/vervormen
Onvolwassen defensie: acting out (emoties afreageren op anderen), projectie
(de emoties ontkennen, verdringen door ze toe te schrijven aan een ander) etc.
Neurotische defensie: omgaan met eigen innerlijke gevoelens bv. isolement (
je gevoelens afsluiten); regressie (een vervelend gevoel van zich afduwen) etc.
Volwassen defensie : sublimatie (gevoelens omzetten in iets constructief bv.
stress leidt tot hard studeren), humor (eigen ellende omzetten in iets positief).
Verschillende benaderingen omtrent persoonlijkheid/persoonlijkheidsstoornis
Categoriale benadering: stoornissen worden ondergebracht in verschillende
categorieën, clusters. Meest voorkomend want leent zich tot communicatie, ook
met externe actoren zoals justitie. Een voorbeeld is de onderverdeling van DSM.
Dimensionale benadering: Een individu krijgt een score voor verschillende
persoonlijkheidsstrekken waardoor er een constellatie van punten ontstaat die
met elkaar worden verbonden. Deze benadering zorgt voor betere individualisatie
Ontwikkelingsgericht: stoornis wordt bekeken als een globale verstoorde
ontwikkeling (voorbeeld: beschermende opvoeding vastklampen aan partner)
Probleemgericht: de stoornis benaderd wordt vanuit de forensische relevante
probleemgebieden (voorbeeld: dit delicttype hangt samen met deze stoornis).
Persoonlijkheidsstoornissen
Een persoonlijkheidsstoornis is een duurzaam patroon van innerlijke ervaringen en
gedragingen dat duidelijk afwijkt van de verwachtingen binnen de cultuur van de
betrokkene, in veel verschillende situaties hardnekkig aawezig is, ontstaat tijdens de
adolescentie, stabiel is in de tijd en beperkingen of lijdensdruk veroorzaakt’ (DSM)
Persoonlijkheidsstoornissen worden onderverdeeld in vier clusters:
Cluster A: vreemd, excentriek
3 persoonlijkheidsstoornissen:
- Paranoïde stoornis
- Schizoïde stoornis
- Schizotypische stoornis
Algemene kenmerken:
- Leven in isolement
- Weinig vraag tot hulp
Cluster B: dramatisch, impulsief
4 persoonlijkheidsstoornissen:
- Antisociale stoornis
Meeste geweldsdelinquenten
- Borderline stoornis
- Histrionische stoornis
- Narcistische stoornis
Algemene kenmerken:
- Gn beheersing emotie/impulsen
- Gn vorming van stabiele relaties
- Behoeften snel bevredigd worden
Cluster C: angstig
3 persoonlijkheidsstoornissen:
- Vermijdende stoornis
- Afhankelijke stoornis
- Dwangmatige stoornis
Cluster NAO: niet anders omschreven
Stoornis voldoet niet aan de criteria van
één specifieke persoonlijkheidsstoornis,
maar kenmerken meerdere stoornissen
Persoonlijkheidsstoornissen komen voor in 10 algemene vormen:
Paranoïde stoornis
- Kritisch/vijandig tegen derden
- Angst/kwetsbaarheid verbergen
- Contact is problematisch: niet
binden aan anderen en hun steun,
bescherming wordt gewantrouwd
- Leven hierdoor vaak in isolement
Schizoïde stoornis
- Afstandelijk en kil in relaties
- Weinig behoefte aan contact
- Kunnen hun gevoelens niet uiten
- Leven hierdoor vaak in isolement
Schizotypische stoornis
- Ongemakkelijk gevoel bij contact
- Vertonen vaak eigenaardig gedrag
- Kilheid in uiting van de gevoelens
- Ideeën zijn gedissocieerd realiteit
- Moeite met relaties isolement.
- Vaak aantal betrekkingsideëen